Th. Van Rijswijckplaats 7 - 2000 Antwerpen

03 203 44 00

Kleinhoefstraat 6 - 2440 Geel

014 63 95 70

Lid worden

Sociaal recht, Arbeidsongeschiktheid, Schorsing van de arbeidsovereenkomst

Re-integratietraject voor arbeidsongeschikte werknemers – medische overmacht

05 februari 2021

1. Het re-integratietraject

Langdurig zieke werknemers worden via een re-integratietraject begeleid om terug aan het werk te gaan bij hun werkgever. Dat bepaalt de  reglementering betreffende het gezondheidstoezicht op de werknemers. De arbeidsarts en een adviserend arts spelen een belangrijke rol in de beoordeling van de mogelijke werkhervatting of arbeidsongeschiktheid.

Met deze nieuwe reglementering kan ook de werkgever het initiatief nemen om een re-integratietraject op te starten.

Het beëindigen van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht is pas mogelijk nadat het re-integratietraject doorlopen is en er geen aanpassing aan de werkpost mogelijk is of een andere functie voorhanden. Dat staat beschreven in een aanpassing in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Om de re-integratie te bevorderen kan de werknemer tijdelijk of definitief aangepast of ander werk verrichten. De begeleiding van de arbeidsongeschikte werknemer gebeurt aan de hand van een voorgeschreven re-integratietraject:

  1. de re-integratiebeoordeling door de arbeidsarts en
  2. het re-integratieplan, opgesteld door de werkgever.

arbeidsongeval of beroepsziekte

Het re-integratietraject geldt niet voor de wedertewerkstelling na een arbeidsongeval of beroepsziekte. Dat bepaalt de Codex over het welzijn op het werk.

Toch sluit de wet werknemers die definitief arbeidsongeschikt zijn wegens arbeidsongeval of beroepsziekte niet uit van het re-integratietraject, volgens een advies van de FOD Werkgelegenheid. Wel moet er een duidelijk onderscheid zijn tussen enerzijds het re-integratietraject in geval van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval van gemeen recht en anderzijds de specifieke procedure van wedertewerkstelling in geval van arbeidsongeschiktheid wegens arbeidsongeval of beroepsziekte, voorzien door de desbetreffende reglementeringen.

De regeling en evaluatie van een blijvende arbeidsongeschiktheid omwille van een arbeidsongeval of beroepsziekte wordt beoordeeld in functie van de algemene arbeidsmarkt (en dus niet alleen in functie van het uitgeoefende beroep cfr. het re-integratietraject zoals hierboven besproken). Vandaar dat een werknemer die definitief arbeidsongeschikt wordt verklaard omwille van een arbeidsongeval of beroepsziekte wel nog steeds het re-integratietraject kan doorlopen en ontslag wegens medische overmacht mogelijk is.

2. Wie start het re-integratieproject op?

De arbeidsarts start het re-integratietraject op verzoek van:

  1. de werknemer tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid
  2. de behandelende arts mits toestemming van de werknemer
  3. de adviserende arts van het RIZIV
  4. de werkgever, ten vroegste vanaf 4 maanden arbeidsongeschiktheid of wanneer de werknemer hem een attest van definitieve ongeschiktheid van de behandelende arts overhandigt

De preventieadviseur-arts brengt de werkgever op de hoogte zodra hij een re-integratieverzoek ontvangt en brengt de adviserend arts van het ziekenfonds op de hoogte wanneer hij een verzoek om een re-integratietraject van de werknemer of de werkgever ontvangt.

3. Re-integratiebeoordeling (max. 40 dagen na het verzoek)

De arbeidsarts nodigt de werknemer uit, onderzoekt de arbeidscapaciteiten van de werknemer en gaat na of het afgesproken werk op termijn kan worden hernomen, mits een aanpassing van de werkpost.

Met de toestemming van de werknemer kan de arbeidsarts overleg plegen met de behandelende arts, de adviserend arts, andere preventieadviseurs of andere personen die kunnen bijdragen tot het slagen van de re-integratie.

De arbeidsarts onderzoekt ook de werkpost en de werkomgeving van de werknemer.

Op basis van deze elementen maakt de arbeidsarts een verslag op, dat wordt toegevoegd aan het gezondheidsdossier van de werknemer, en neemt één van de volgende beslissingen voor zijn re-integratiebeoordeling:

  • de werknemer kan op termijn het werk hervatten en kan in tussentijd een ander of aangepast werk uitvoeren
  • de werknemer kan op termijn het werk hervatten maar kan in tussentijd niet werken
  • de werknemer is definitief ongeschikt om het overeengekomen werk te hervatten, maar is in staat om een aangepast of ander werk uit te voeren
  • de werknemer is definitief ongeschikt om het overeengekomen werk te hervatten en is niet in staat om enig ander of aangepast werk uit te voeren
  • om medische redenen is het niet opportuun om een re-integratietraject op te starten

Uiterlijk binnen een termijn van 40 dagen na ontvangst van het re-integratieverzoek maakt de arbeidsarts de re-integratiebeoordeling over aan de werkgever en de werknemer. Hij brengt eveneens de adviserend arts op de hoogte als hij geen aangepast werk voorstelt.

4. Beroep tegen de re-integratiebeoordeling

Wanneer de werknemer niet akkoord gaat met de beslissing van definitieve arbeidsongeschiktheid van de arbeidsarts, kan hij hiertegen in beroep gaan.

  1. De werknemer stuurt een aangetekend schrijven aan de bevoegde arts sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn binnen de 7 werkdagen na ontvangst van de re-integratiebeoordeling en verwittigt ook zijn werkgever.
  2. Binnen een termijn van 31 dagen nemen de drie artsen (arts sociaal inspecteur, arbeidsarts en behandelende arts) een beslissing bij meerderheid. Indien zij het beroep van de werknemer verwerpen, moet de werkgever een re-integratieplan opstellen of kan hij op basis van medische overmacht de arbeidsovereenkomst beëindigen, nadat evenwel de beroepsmogelijkheid van de werknemer is uitgeput.

Beëindiging van de arbeidsovereenkomst als gevolg van overmacht wegens definitieve ongeschiktheid wordt dus enkel mogelijk nadat het volledige re-integratietraject werd doorlopen, inclusief de beroepsprocedure.

Het nieuwe artikel 34 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten bepaalt uitdrukkelijk:

“de arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte of ongeval, waardoor het voor de werknemer definitief onmogelijk wordt om het overeengekomen werk te verrichten, kan slechts een einde maken aan de arbeidsovereenkomst wegens overmacht nadat het re-integratietraject van de werknemer die het overeengekomen werk definitief niet kan uitoefenen, vastgesteld krachtens de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, is beëindigd.

Dit artikel doet geen afbreuk aan het recht om de arbeidsovereenkomst te beëindigen mits een opzeggingstermijn wordt nageleefd of een vergoeding wordt betaald overeenkomstig de bepalingen van deze wet.”

Tijdens een re-integratietraject kan de werknemer slechts één keer de beroepsprocedure aanwenden.

5. Re-integratieplan (max. 55 dagen of 12 maanden na ontvangst van de re-integaratiebeoordeling)

De werkgever maakt in overleg met de werknemer, de arbeidsarts en eventueel andere personen die kunnen bijdragen tot een geslaagde re-integratie, een re-integratieplan op in volgende gevallen:

  • het gaat volgens de re-integratiebeoordeling om een tijdelijke ongeschiktheid
  • het gaat om een definitieve ongeschiktheid om het overeengekomen werk te hervatten, maar is in staat om aangepast of een ander werk uit te voeren
  • na het verstrijken van de termijn (7 werkdagen) voor het instellen van beroep door de werknemer tegen de beslissing.

Het re-integratieplan beschrijft op een zo concreet en gedetailleerd mogelijke wijze één of meerdere van de volgende maatregelen:

  • omschrijving van de aanpassingen van de werkpost (bv. hijstoestel om het tillen te vergemakkelijken,…);
  • omschrijving van aangepast werk (bv. deeltijds arbeidsregime);
  • uurrooster;
  • werkvolume;
  • progressiviteit van deze maatregelen (bv. halftijds eerste 6 maand en daarna 4/5de);
  • omschrijving van het ander werk;
  • opleidingen om nieuwe competenties te verwerven;
  • geldigheidsduur van het re-integratieplan.

De werkgever bezorgt het re-integratieplan aan de werknemer:

  • binnen een termijn van maximum 55 werkdagen na ontvangst van de re-integratiebeoordeling wanneer het gaat om een tijdelijke ongeschiktheid
  • binnen een termijn van maximum 12 maanden na ontvangt van de re-integratiebeoordeling wanneer het gaat om een definitieve ongeschiktheid

De werkgever bezorgt een exemplaar van het re-integratieplan aan de werknemer en aan de arbeidsarts, en houdt het ter beschikking van het Toezicht op de Sociale Wetten.

De werknemer beschikt over een termijn van 5 werkdagen om al dan niet in te stemmen met het re-integratieplan. Indien de werknemer ermee kan instemmen ondertekent hij het re-integratieplan voor akkoord. Indien de werknemer niet akkoord gaat eindigt het re-integratietraject, maar zal hij moeten motiveren waarom hij weigert.

De werkgever moet geen re-integratieplan opstellen wanneer hij na overleg met de werknemer, de arbeidsarts en eventueel andere personen meent dat dit technisch of objectief onmogelijk is, of om gegronde redenen redelijkerwijze niet kan geëist worden. De werkgever moet deze beslissing in een verslag motiveren. Hij deelt dit verslag mee aan de werknemer en aan de arbeidsarts binnen de hierboven beschreven termijnen en houdt het ter beschikking van de met het toezicht belaste ambtenaren.

Als een werknemer definitief ongeschikt is om het overeengekomen werk uit te voeren, is het re-integratietraject beëindigd op het ogenblik dat de werkgever:

  • het formulier voor de re-integratiebeoordeling heeft ontvangen van de preventieadviseur- arbeidsarts, waarin deze laatste van oordeel is dat er geen aangepast of ander werk mogelijk is en dat de beroepsmogelijkheden zijn uitgeput
  • als een re-integratietraject technisch of objectief onmogelijk is of wanneer het om gegronde redenen niet kan worden geëist en het verslag aan de preventieadviseur – arbeidsarts is bezorgd
  • het re-integratieplan waarmee de werknemer niet akkoord gaat aan de preventieadviseur- arbeidsarts heeft bezorgd

De werkgever neemt de verplaatsingskosten van de werknemer verbonden aan het re-integratietraject voor zijn rekening.

De werknemer kan zich gedurende het volledige re-integratietraject laten bijstaan door een vakbondsafgevaardigde van zijn keuze.

6. Conclusie

De re-integratieprocedure is geen verplichting en dus geheel vrijblijvend, maar het re-integratietraject moet wel opgestart en volledig doorlopen worden, met inbegrip van de beroepsmogelijkheid voor de werknemer, als de werkgever de arbeidsovereenkomst wil beëindigen wegens medische overmacht. De finale beoordeling of er al dan niet sprake is van medische overmacht zal gebeuren op basis van een beslissing bij meerderheid door drie artsen.

De nieuwe reglementering laat toe dat de werkgever nu zelf het initiatief kan nemen om de onzekerheid omtrent de medische situatie van een ongeschikte werknemer op te heffen.

MEER VRAGEN OVER DIT ONDERWERP?


Ellen Keteleer
Juridisch adviseur sociaal recht
03 203 44 04
Ellen.keteleer@embuild.be

Dialog

Tekst

Ok Annuleer